Mijn eerste bezoek aan het Beatrixtheater was (gelukkig) niet voor een musical, maar voor drie Aardige Jongens op leeftijd: Henny Vrienten, Henk Hofstede en Frank Boeijen. De heren maakten er een aangename avond van, waarbij ze hun ervaring, speelplezier en veelzijdigheid (met name Vrienten en Hofstede) in de strijd gooiden.
Ze speelden nummers van hun gezamenlijke album plus wat klassiekers uit hun individuele carières: (Vrienten: Is dit alles, Een nacht alleen; Hofstede: Adieu Sweet Bahnhof, J.O.S. Days; Boeijen: Zwart wit, Zeg me dat het niet zo is).
Het drietal stond op het podium zonder aanvullende muzikanten. Gitaren vormden de hoofdmoot van het instrumentarium, geregeld aangevuld met bas (uiteraard Vrienten), orgel (Hofstede) en een enkele ritmebox. Het visuele aspect was goed verzorgd via sfeervol beeldmateriaal op de achtergrond.
De heren vulden elkaar mooi aan in hun karakters: Vrienten nog altijd de coole gast, Hofstede hing een beetje de clown uit en Boeijen stond als rustpunt op de achtergrond. De nummers van Henk en Frank waren voornamelijk melancholiek, terwijl Henny met de ‘wereldse’ liedjes kwam (maar ook het gevoelige ‘Zonder mij’, opgedragen aan Hugo Claus).
De stemming was de hele avond goed, versterkt door de geintjes van de heren onderling. Tegen het einde ging het keurige theaterpubliek er zelfs bij staan en kregen de toegiften (o.a. Als je wint heb je vrienden en In the Dutch Mountains / Hollandse bergen) veel bijval. Boeijen mocht de avond gevoelig afsluiten met een Nederlandse versie van Presley’s Can’t Help Falling In Love. Ik heb me goed vermaakt, het was weer eens wat anders dan een rammelend bandje in een duister muziekhol.