Brel has just left the building

Jacques Brel, Le plus grand Belge de tous les temps is niet meer onder ons, sinds hij in 1978 overleed aan vier pakjes Gitanes per dag (longkanker). Toch heb ik vrijdag een glimp van hem opgevangen — hij gaf de geest aan acteur Jeroen Willems, in zde voorstelling Brel 2.

De voorstelling begon met een monoloog van Gerrit Komrij, over een aftakelende Brel (?) die filosofeerde over dat je leven na je 14e toch wel afgelopen was, en dat de vrouw de jagende man thuis hield. Dat blijft niet overeind als je het doorvertelt, maar Jeroen Willems wist er wat boeiends van te maken.

Brel 2En toen kwam het hoogtepunt: Jeroen Willems gooide zijn ouwelijke opmaak af en kroop in de rol van de jonge Brel. De band kwam het podium op (contrabas, piano, drum) en tjsa, blies het dak eraf. Voor de voorstelling waren alle teksten van Brel in het Nederlands vertaald. Brel noemde het Nederlands geen taal, “maar een verkoudheid”. Desondanks bleven het verbazingwekkend mooie liedjes:
“In café Amsterdam/ Hoor je zeemannen zingen/ Hoe hun dromen vergingen/ In de stad Amsterdam/ In café Amsterdam/ Hoor je zeemannen zuchten.”

Natuurlijk heeft Willems niet de stem van Brel, en jammer genoeg was niet alle tekst helemaal te verstaan, maar daar stond tegenover dat Willems een verpletterende performance gaf: hij brulde, fleemde, fluisterde, verleidde en huilde. Na het applaus speelden ze nòg eens vier nummers, en wat de meeste mensen betrof hadden ze nog een avond mogen vullen. Helaas wachtte de nachttrein voor een brakke rit naar huis…