Wat doe je als je niet goed kunt accepteren dat je terug bent van vakantie? Dan probeer je in de bioscoop de orde van de dag weer te ontvluchten. Ruim vijf uur lang (verspreid over twee dagen) reisde ik naar het Italië van de eerste helft van de 20e eeuw. Bertolucci’s epos Novecento uit 1975 draait momenteel weer in een opgeknapte, niet-ingekorte versie.
De kijker krijgt beslist waar voor zijn geld. Een internationale sterrencast, indrukwekkende beelden, sfeervolle muziek van Morricone. Maar Novecento (oftewel 1900) is niet alleen mooifilmerij, het is vooral een sociaal geëngageerd verhaal. Centraal staan twee jongens die op dezelfde dag (de sterfdag van Verdi in 1901) worden geboren. Alfredo (Robert De Niro) is de zoon van een tirannieke landeigenaar en Olmo (Gérard Depardieu) is een bastaard uit een enorme boerenfamilie. De jongens trekken naar elkaar toe, maar kunnen nooit echte vrienden worden door hun te grote verschil in afkomst.
Deze klasseverschillen spelen een prominente rol in de vertelling van Bertolucci. Het is wel duidelijk dat zijn sympathie bij de onderdrukte arme boeren ligt, die zich gaandeweg meer organiseren door de opkomst van het socialisme. De landeigenaren beginnen te vrezen voor hun eeuwenoude onaantastbare positie en steunen op hun beurt het snelgroeiende fascisme. De zwarthemden worden steeds gewelddadiger tegenover de socialisten, tot de rollen worden omgedraaid in 1945 en de fascisten en landeigenaren worden weggejaagd.
Het eerste deel van Novecento vond ik bij vlagen wat warrig, met diverse handelingen waarvan de bedoeling mij ontging. Deel twee vond ik heel wat toegankelijker, deels misschien omdat de setting en personages reeds bekend waren. Verder lag het socialistisch geëngageerde sausje er in sommige scènes er erg dik bovenop (heroïsche boeren, die onverstoorbaar hun partizanenliedjes blijven fluiten, terwijl gewetenloze fascisten ze een voor een afmaken). Niettemin een imposante film, die een bijzonder tijdsbeeld geeft van een halve eeuw Italiaanse geschiedenis én van Bertolucci’s heilige vertrouwen in het socialisme in de jaren zeventig.